Nederlands English Français Deutsch
Gereedschap

Welk soldeer is geschikt voor staal

Datum 30 april 2013 12:44

antwoorden (1)

HET HARDSOLDEREN VAN STAAL

Om een goede hechting te krijgen tussen soldeer en basismateriaal, zal het oppervlak perfect schoon moeten zijn; eerst reinigen met een ontvetter en daarna opruwen met fijn schuurpapier. Hierbij worden restanten van oxides verwijderd; bovendien hecht het soldeer beter op het ruwe oppervlak. Om te voorkomen dat er tijdens het verwarmen een nieuwe oxidehuid ontstaat, smeert men de te solderen oppervlakte in met een vloeimiddel (flux). Bij zilversoldeer gebruikt men hiervoor b.v. Flux-6 (smeltpunt 600°C), en bij messing b.v. Boracit (smeltpunt 800°C). Alleen als het staal gevoelig is voor hoge temperaturen of als we met roestvast staal werken, kiezen we voor zilversoldeer; gebruik hierbij een speciale flux b.v. Ativatec 1000.
Bij messingsoldeer moeten we een zuurstof-acetyleen of zuurstof-propaanbrander gebruiken. Messingsoldeer heeft een ideale spleetbreedte 0,1 tot 0,3 mm; men kan er goed lugloze frames mee solderen (braseren). Deze methode laat ons vrij in hoeken en buisafmetingen. Voor een goed resultaat dient men de buizen nauwkeurig passend te vijlen. Neem geen wanddiktes kleiner dan 0,9mm voor de verbindingen; het hechtoppervlak wordt dan wel erg klein. Gebruik hiervoor messing of zilversoldeer 9% of 20% (zonder cadmium!). Het soldeer dient geheel door de verbinding te vloeien, dus aan de binnenkant moet overal een soldeerrandje zitten. Eigenlijk is het makkelijker van binnen naar buiten te werken. Daarom breng ik soms een papje van vloeimiddel en soldeerpoeder aan de binnenkant van de buis aan. Dit vloeit bij verhitten van binnen naar buiten. Aan de buitenkant breng ik alsnog een walletje soldeer aan om de overgang zo geleidelijk mogelijk te maken. Niet zozeer voor de maximale sterkte, maar vooral voor lagere piekspanningen door een vloeiender krachtenverloop. De hoogst bereikbare sterkte van messingsoldeer is ± 450 N/mm2, die van zilversoldeer ± 500 N/mm2. Zilversoldeer is kritischer om mee te werken, maar het lage smeltpunt maakt het mogelijk om een frame te bouwen m.b.v. een propaanbrander (turbo-type). Bij de zwaardere verbindingen is soms een extra brander nodig. Zilversoldeer met een hoog zilvergehalte is erg dun vloeibaar. Het is geschikt voor solderen van nokjes en goed passende lugs, maar niet voor het bouwen van lugloze frames!

40% zilver,18% koper,15% zink,27% cadmium smelttraject : 610-660°C
60% zilver,30% koper,10% tin
smelttraject : 610-710 C
20% zilver, 40% koper,40%zink
smeltraject : 700-800 C
9%zilver, 53%koper 38% zink
smeltraject: 770-840 C
60%koper, 40%zink
smelttraject: 890-950
48%koper, 40%zink, 12% nikkel
smeltraject: 930-980

Zodra we de vereiste temperatuur bereikt hebben, verwarmen we het soldeerstaafje met wat flux erop, mee in de vlam; daarna zetten we aan. Het soldeer vloeit naar de warmste plaats; we kunnen het dus met de vlam sturen, maar kijk hierbij uit dat de “hotspot” (vlak voor de vlamtong van de acetyleenbrander), niet aan het soldeer komt. Het soldeer kan dan ontleden! De temperatuur van het staal is af te leiden uit de kleur.

Donker bloedrood 570°C
Bloedrood 650°C
Helder rood 700°C
Fel licht rood 800°C Oranje 900°C
Licht oranje 950°C
Geel 1000°C Licht geel 1070°C Wit 1100°C

24 okt 2001 00:00